Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Frans ->Zoek: dagligen

Zweedse en Franse zoekresultaten voor: dagligen

Overzicht

Zweeds naar Frans: Meer gegevens...

dagligen:
- jour de la semaine; jour ouvrable; journée de travail
- par jour; quotidien; journalier; de tous les jours
Wiktionary:
- dagligen → journellement, quotidiennement, tous les jours

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor dagligen (Zweeds) in het Frans

dagligen:

dagligen zelfstandig naamwoord

dagligen
le jour de la semaine; le jour ouvrable; la journée de travail
- jour de la semaine [le ~] zelfstandig naamwoord
- jour ouvrable [le ~] zelfstandig naamwoord
- journée de travail [la ~] zelfstandig naamwoord

dagligen bijvoeglijk naamwoord

dagligen
par jour
- par jour bijvoeglijk naamwoord
dagligen (dagligt)
quotidien; journalier; de tous les jours
- quotidien bijvoeglijk naamwoord
- journalier bijvoeglijk naamwoord
- de tous les jours bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor dagligen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
jour de la semaine	dagligen	arbetsdag
jour ouvrable	dagligen	arbetsdag
journalier		daglönare
journée de travail	dagligen	arbetsdag
quotidien		slentrian; tidning; trampkvarn; vardagsrutin; varje dag
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
de tous les jours	dagligen; dagligt	daglig; dagligt
journalier	dagligen; dagligt	daglig; dagligt
par jour	dagligen	daglig; dagligt
quotidien	dagligen; dagligt	daglig; dagligt; elak; elakt; låg; lågt; nedrigt; ont

Wiktionary: dagligen

dagligen

-
- journellement → dagligen

Cross Translation:

From	To	Via
• dagligen	→ journellement; quotidiennement; tous les jours	↔ daily — every day