Overzicht
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. orgel:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor orgel (Zweeds) in het Spaans

orgel:

orgel [-en] zelfstandig naamwoord

  1. orgel
    el órgano
    • órgano [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor orgel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
órgano orgel bett; munstycke; språkrör; talesman; telefonlur

Wiktionary: orgel


Cross Translation:
FromToVia
orgel órgano Orgel — ein großes, häufig in Kirchen zu findendes, Musikinstrument mit Manualen und einer Klaviatur für die Füße
orgel órgano organ — musical instrument
orgel órgano orgueinstrument de musique, à vent et à touches, composé de tuyaux de différentes sortes et de différentes grandeurs, alimenter d’air par des soufflets et que l’on fait résonner en appuyer sur les touches d’un ou de plusieurs claviers

Verwante vertalingen van orgel