Nummer in het Spaans vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...

nummer:
- número; cifra; nota; número de orden; cantidad; monte; dosis; número ordinal
Wiktionary:
- nummer → ejemplar, número

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor nummer (Zweeds) in het Spaans

nummer
el número
- número [el ~] zelfstandig naamwoord
nummer (siffra)
el número; la cifra; la nota
- número [el ~] zelfstandig naamwoord
- cifra [la ~] zelfstandig naamwoord
- nota [la ~] zelfstandig naamwoord
nummer (tal; siffra)
el número; la cifra
- número [el ~] zelfstandig naamwoord
- cifra [la ~] zelfstandig naamwoord
nummer (serienummer)
el número de orden
- número de orden [el ~] zelfstandig naamwoord
nummer (antal; dos; mängd)
la cantidad; el número; el monte; la cifra; la dosis
- cantidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- número [el ~] zelfstandig naamwoord
- monte [el ~] zelfstandig naamwoord
- cifra [la ~] zelfstandig naamwoord
- dosis [la ~] zelfstandig naamwoord
nummer (siffra; ordningstal)
el número ordinal
- número ordinal [el ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cantidad	antal; dos; mängd; nummer	belopp; flock; grad; grupp; hord; massa; summa
cifra	antal; dos; mängd; nummer; siffra; tal	kode
dosis	antal; dos; mängd; nummer	dos; doser; dosis
monte	antal; dos; mängd; nummer	skog
nota	nummer; siffra	affärsanteckning; affärsnotering; anteckning; betyg; betygsgrad; faktura; kladd; kladdande; kluddande; tecken
número	antal; dos; mängd; nummer; siffra; tal	betug; grad; nummerpresentation; poäng
número de orden	nummer; serienummer
número ordinal	nummer; ordningstal; siffra	ordningsnummer; ordningstal

Cross Translation:

From	To	Via
• nummer	→ ejemplar	↔ copy — printed edition of a book or magazine
• nummer	→ número	↔ number — used to show the rank of something in a list or sequence
• nummer	→ número	↔ number — performance
• nummer	→ número	↔ Nummer — einem (nummerierten) Gegenstand oder einer (nummerierten) Person zugeordnete Zahl, die die Position in einer Reihenfolge ausdrückt (logisch eine Ordnungszahl, sprachlich aber eine Kardinalzahl)
• nummer	→ número	↔ Nummer — meist als Abkürzung „Nr.“ vorangestelltes Vorsatzwort, um eine Kardinalzahl als Ordinalzahl zu verwenden
• nummer	→ número	↔ Nummer — eine künstlerische Darbietung (Musikstück, Zirkusnummer, Sketch und so weiter) als Teil eines Programms
• nummer	→ número	↔ numéro — identifiant alphanumérique ou purement numérique qu’on mettre sur quelque chose et qui servir à la reconnaître.