Jordbruk in het Spaans vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...

jordbruk:
- agricultura; granja; ganadería; cerámica; producto de cerámica; empresa agrícola; finca agrícola; explotación agrícola; empresa ganadera
Wiktionary:
- jordbruk → agricultura, granja, finca

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor jordbruk (Zweeds) in het Spaans

jordbruk (åkerbruk)
la agricultura
- agricultura [la ~] zelfstandig naamwoord
jordbruk (bondgård; lantbruk)
la granja; la ganadería
- granja [la ~] zelfstandig naamwoord
- ganadería [la ~] zelfstandig naamwoord
jordbruk (keramik)
la cerámica; el producto de cerámica
- cerámica [la ~] zelfstandig naamwoord
- producto de cerámica [el ~] zelfstandig naamwoord
jordbruk (agrikultur)
la empresa agrícola; la finca agrícola; la explotación agrícola
- empresa agrícola [la ~] zelfstandig naamwoord
- finca agrícola [la ~] zelfstandig naamwoord
- explotación agrícola [la ~] zelfstandig naamwoord
jordbruk
la ganadería; la empresa agrícola; la empresa ganadera
- ganadería [la ~] zelfstandig naamwoord
- empresa agrícola [la ~] zelfstandig naamwoord
- empresa ganadera [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
agricultura	jordbruk; åkerbruk
cerámica	jordbruk; keramik	keramik; krukmakeri; lergods
empresa agrícola	agrikultur; jordbruk
empresa ganadera	jordbruk
explotación agrícola	agrikultur; jordbruk
finca agrícola	agrikultur; jordbruk
ganadería	bondgård; jordbruk; lantbruk	avelsgård; boskapsfarm; boskapsuppfödning; djuruppfödningsgård
granja	bondgård; jordbruk; lantbruk	kringbyggd gård; kringbyggd gård vid bondgård
producto de cerámica	jordbruk; keramik	keramik; lergods

Cross Translation:

From	To	Via
• jordbruk	→ agricultura	↔ agriculture — the art or science of cultivating the ground
• jordbruk	→ granja; finca	↔ farm — a place where agricultural activities take place
• jordbruk	→ agricultura	↔ landbouw — het cultiveren van land voor de voortbrengst van voedsel en andere nuttige producten
• jordbruk	→ agricultura	↔ Landwirtschaft — ohne Plural: der zielgerichtete, wirtschaftliche Anbau von Pflanzen (Ackerbau, Gartenbau, Obstbau, Weinbau) und die zielgerichtete, wirtschaftliche Nutzung und Zucht von domestizierten Tieren (Viehzucht)
• jordbruk	→ agricultura	↔ agriculture — ensemble des activités économiques avoir principalement pour objet la culture des terres, et d’une manière générale « l’ensemble des travaux transformer le milieu naturel pour la production de végétal et d’animal [