Overzicht
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. intrig:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor intrig (Zweeds) in het Spaans

intrig:

intrig [-en] zelfstandig naamwoord

  1. intrig (plott; handling)
    la intriga; el embrollo; el enredo; el lío
    • intriga [la ~] zelfstandig naamwoord
    • embrollo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • enredo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • lío [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor intrig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
embrollo handling; intrig; plott besvär; dun; fjun; grubbel; grubbleri; ludd; möda; omständighet; tjafsa och larva
enredo handling; intrig; plott fällning; fångst; förvirring; gytter; intrigerande; irrgång; kackalorum; kaos; kiv; labyrint; liv; myller; oordning; oreda; oväsen; snarande; sorl; stämplande; uppståndelse; virrvarr
intriga handling; intrig; plott intrigerande; stämplande
lío handling; intrig; plott affärer; bråk; bunt; djuriskhet; dun; fjun; flört; kackalorum; kiv; knyte; komplikation; krakel; liv; liv och rörelse; ludd; oreda; oväsen; sorl; tjafs; uppståndelse

Wiktionary: intrig


Cross Translation:
FromToVia
intrig intriga Intrigebösartiger Plan mit dem Ziel, andere Menschen zu seinen eigenen Gunsten ausnutzen
intrig cábala; intriga Kabaleveraltend: heimtückische, hinterhältige Machenschaft zur Erreichung bösartiger Ziele
intrig maquinación Machinationverborgene, unlautere Handlung, um Vorteile zu gewinnen