Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Spaans ->Vertaal häxa

Vertaal häxa van Zweeds naar Spaans

Overzicht

Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...

häxa:
- arpía; marimacho; bruja; lechuza; brujilla; víbora
Wiktionary:
- häxa → bruja

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor häxa (Zweeds) in het Spaans

häxa:

häxa [-en] zelfstandig naamwoord

häxa (hynda; satkäring; hora; orm)
la arpía; el marimacho
- arpía [la ~] zelfstandig naamwoord
- marimacho [el ~] zelfstandig naamwoord
häxa
la bruja; la arpía; el lechuza; el brujilla; la víbora
- bruja [la ~] zelfstandig naamwoord
- arpía [la ~] zelfstandig naamwoord
- lechuza [el ~] zelfstandig naamwoord
- brujilla [el ~] zelfstandig naamwoord
- víbora [la ~] zelfstandig naamwoord
häxa (trollkvinna)
la bruja
- bruja [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor häxa:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
arpía	hora; hynda; häxa; orm; satkäring	kniptång; kärringjävel; nyptång; pincett; pinne; subba; tång
bruja	häxa; trollkvinna	bedragerska; falsk slyna; hondjävul; kniptång; kärringjävel; luder; nyptång; orm; pincett; pinne; subba; trollkarl; tång
brujilla	häxa
lechuza	häxa	hornuggla; tornuggla; uggla; uv
marimacho	hora; hynda; häxa; orm; satkäring	amason; argbigga; mannlig kvinna; ragata; satkäring
víbora	häxa
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
víbora		huggorm
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
víbora		käringaktig; käringaktigt

Synoniemen voor "häxa":

trollpacka

Wiktionary: häxa

Cross Translation:

From	To	Via
• häxa	→ bruja	↔ hag — a witch, sorceress, or enchantress; also, a wizard
• häxa	→ bruja	↔ witch — person who uses magic
• häxa	→ bruja	↔ heks — een persoon, meestal een vrouw, aan wie bovennatuurlijke krachten worden toegeschreven
• häxa	→ bruja	↔ Hexe — Volksglauben, Mythologie: bösgesinnte, meist hässlich aussehende, weibliche Märchen- oder Sagengestalt, welche oft mit einem Buckel, einer langen, krummen Nase dargestellt wird, und zauberische Kräfte besitzt (die hexen)

Verwante vertalingen van häxa

praktisera till häxa