Zweeds
Uitgebreide vertaling voor gränslös (Zweeds) in het Spaans
gränslös:
-
gränslös (gränslöst; oinskränkt; ändlöst; obegränsat)
sin limitaciones; sin trabas; libre; sin límites; sin restricciones; sin obstáculos-
sin limitaciones bijvoeglijk naamwoord
-
sin trabas bijvoeglijk naamwoord
-
libre bijvoeglijk naamwoord
-
sin límites bijvoeglijk naamwoord
-
sin restricciones bijvoeglijk naamwoord
-
sin obstáculos bijvoeglijk naamwoord
-
-
gränslös (obegränsad; obegränsat; gränslöst)
ilimitado; sin límites; sin restricciones; sin limitaciones; libre; infinito; absoluto; inconmensurable; sin confines; sin limites; sin trabas; sin obstáculos; con toda libertad-
ilimitado bijvoeglijk naamwoord
-
sin límites bijvoeglijk naamwoord
-
sin restricciones bijvoeglijk naamwoord
-
sin limitaciones bijvoeglijk naamwoord
-
libre bijvoeglijk naamwoord
-
infinito bijvoeglijk naamwoord
-
absoluto bijvoeglijk naamwoord
-
inconmensurable bijvoeglijk naamwoord
-
sin confines bijvoeglijk naamwoord
-
sin limites bijvoeglijk naamwoord
-
sin trabas bijvoeglijk naamwoord
-
sin obstáculos bijvoeglijk naamwoord
-
con toda libertad bijvoeglijk naamwoord
-