Overzicht
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. faktura:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor faktura (Zweeds) in het Spaans

faktura:

faktura [-en] zelfstandig naamwoord

  1. faktura
    la factura; la cuenta; la nota
    • factura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cuenta [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nota [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor faktura:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cuenta faktura Windows Live-konto; bankkonto; beräkning; bokföring; bokföringssystem; konto; redovisning; revisionsarbete; räkenskaper; räkning; sammanräkning; slutsumma; uppräkning
factura faktura
nota faktura affärsanteckning; affärsnotering; anteckning; betyg; betygsgrad; kladd; kladdande; kluddande; nummer; siffra; tecken

Synoniemen voor "faktura":


Wiktionary: faktura


Cross Translation:
FromToVia
faktura factura bill — invoice
faktura alvarán, factura invoice — bill
faktura factura factuur — een document met een beschrijving van goederen die een bedrijf (aan een ander bedrijf) geleverd heeft
faktura factura facture — Pièce comptable