Overzicht
Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...
-
elak:
- bajo; malo; pequeño; inferior; menos; común; grosero; indigno; bajamente; realmente; sencillo; general; guarro; mezquino; limitado; sencillamente; soez; corriente; grave; normalmente; habitual; acostumbrado; vil; simplemente; verdaderamente; ordinario; canalla; francamente; ruin; usual; infame; indecente; criminal; comúnmente; obsceno; andrajoso; módico; harapiento; como siempre; sin más; ignominioso; vilmente; deshonroso; habituado a; oxidante; así como así; innoble; a sotavento; vicioso; enojado; falso; mal; maligno; desafinado; malvado; falsificado; enfadado; atravesado; airado; colérico; pérfido; indebidamente; malamente; falsamente; perverso; depravado; corrompido
- Wiktionary:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor elak (Zweeds) in het Spaans
elak:
-
elak (lågt; ont; nedrigt; låg; elakt)
bajo; malo; pequeño; inferior; menos; común; grosero; indigno; bajamente; realmente; sencillo; general; guarro; mezquino; limitado; sencillamente; soez; corriente; grave; normalmente; habitual; acostumbrado; vil; simplemente; verdaderamente; ordinario; canalla; francamente; ruin; usual; infame; indecente; criminal; comúnmente; obsceno; andrajoso; módico; harapiento; como siempre; sin más; ignominioso; vilmente; deshonroso; habituado a; oxidante; así como así; innoble; a sotavento-
bajo bijvoeglijk naamwoord
-
malo bijvoeglijk naamwoord
-
pequeño bijvoeglijk naamwoord
-
inferior bijvoeglijk naamwoord
-
menos bijvoeglijk naamwoord
-
común bijvoeglijk naamwoord
-
grosero bijvoeglijk naamwoord
-
indigno bijvoeglijk naamwoord
-
bajamente bijvoeglijk naamwoord
-
realmente bijvoeglijk naamwoord
-
sencillo bijvoeglijk naamwoord
-
general bijvoeglijk naamwoord
-
guarro bijvoeglijk naamwoord
-
mezquino bijvoeglijk naamwoord
-
limitado bijvoeglijk naamwoord
-
sencillamente bijvoeglijk naamwoord
-
soez bijvoeglijk naamwoord
-
corriente bijvoeglijk naamwoord
-
grave bijvoeglijk naamwoord
-
normalmente bijvoeglijk naamwoord
-
habitual bijvoeglijk naamwoord
-
acostumbrado bijvoeglijk naamwoord
-
vil bijvoeglijk naamwoord
-
simplemente bijvoeglijk naamwoord
-
verdaderamente bijvoeglijk naamwoord
-
ordinario bijvoeglijk naamwoord
-
canalla bijvoeglijk naamwoord
-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
ruin bijvoeglijk naamwoord
-
usual bijvoeglijk naamwoord
-
infame bijvoeglijk naamwoord
-
indecente bijvoeglijk naamwoord
-
criminal bijvoeglijk naamwoord
-
comúnmente bijvoeglijk naamwoord
-
obsceno bijvoeglijk naamwoord
-
andrajoso bijvoeglijk naamwoord
-
módico bijvoeglijk naamwoord
-
harapiento bijvoeglijk naamwoord
-
como siempre bijvoeglijk naamwoord
-
sin más bijvoeglijk naamwoord
-
ignominioso bijvoeglijk naamwoord
-
vilmente bijvoeglijk naamwoord
-
deshonroso bijvoeglijk naamwoord
-
habituado a bijvoeglijk naamwoord
-
oxidante bijvoeglijk naamwoord
-
así como así bijvoeglijk naamwoord
-
innoble bijvoeglijk naamwoord
-
a sotavento bijvoeglijk naamwoord
-
-
elak (fördärvad; elakt; fördärvat; bristfälligt)
-
elak (med onda avsikter; falsk; lågt; falskt; elakt)
enojado; falso; malo; mal; maligno; desafinado; malvado; falsificado; enfadado; atravesado; airado; colérico; pérfido; indebidamente; malamente; falsamente-
enojado bijvoeglijk naamwoord
-
falso bijvoeglijk naamwoord
-
malo bijvoeglijk naamwoord
-
mal bijvoeglijk naamwoord
-
maligno bijvoeglijk naamwoord
-
desafinado bijvoeglijk naamwoord
-
malvado bijvoeglijk naamwoord
-
falsificado bijvoeglijk naamwoord
-
enfadado bijvoeglijk naamwoord
-
atravesado bijvoeglijk naamwoord
-
airado bijvoeglijk naamwoord
-
colérico bijvoeglijk naamwoord
-
pérfido bijvoeglijk naamwoord
-
indebidamente bijvoeglijk naamwoord
-
malamente bijvoeglijk naamwoord
-
falsamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
elak (perverterad; stygg; elakt; styggt; orättfärdigt; korrumperad; ondskefullt; gudlöst; gudlös)
perverso; depravado; vicioso; corrompido-
perverso bijvoeglijk naamwoord
-
depravado bijvoeglijk naamwoord
-
vicioso bijvoeglijk naamwoord
-
corrompido bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor elak:
Synoniemen voor "elak":
Wiktionary: elak
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• elak | → malo; mal; malévolo; maléfico; malvado; perverso | ↔ evil — intending to harm |
• elak | → malo; cruel; malvado | ↔ mean — causing or intending to cause intentional harm |
• elak | → malvado | ↔ wicked — evil or mischevous |
• elak | → malvado | ↔ boshaft — mit grundlegend bösem Charakter |
• elak | → maligno; malo | ↔ bösartig — böse, schlecht geartet |
• elak | → malo | ↔ böse — moralisch falsch, nicht gut; bösartig |
• elak | → odioso; malévolo; lleno de odio; hostil | ↔ gehässig — jemand anderem Übles wünschend |
• elak | → infame | ↔ niederträchtig — auf bewusste Weise böse, hinterlistig, boshaft |