Overzicht
Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...
- slö:
- Wiktionary:
Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...
- sólo:
-
Wiktionary:
- sólo → bara, uteslutande, endast och allenast, enbart, blott, endast
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor slö (Zweeds) in het Spaans
slö:
-
slö (dåsig; sömnigt; slött; dåsigt)
somnoliento; medio dormido; soñoliento; adormilado-
somnoliento bijvoeglijk naamwoord
-
medio dormido bijvoeglijk naamwoord
-
soñoliento bijvoeglijk naamwoord
-
adormilado bijvoeglijk naamwoord
-
-
slö (tråkigt; matt; långsamt; trögt; livlöst; livlös; likgiltigt; trög)
pesado; flojo; lento; perezoso; tardo; desanimado; tedioso; abatido; fastidioso; apático; bochornoso-
pesado bijvoeglijk naamwoord
-
flojo bijvoeglijk naamwoord
-
lento bijvoeglijk naamwoord
-
perezoso bijvoeglijk naamwoord
-
tardo bijvoeglijk naamwoord
-
desanimado bijvoeglijk naamwoord
-
tedioso bijvoeglijk naamwoord
-
abatido bijvoeglijk naamwoord
-
fastidioso bijvoeglijk naamwoord
-
apático bijvoeglijk naamwoord
-
bochornoso bijvoeglijk naamwoord
-
-
slö (maklig; slött; oföretagsamt; lojt; makligt; oföretagsam; håglöst)
-
slö (utan sälta; trögt; slött; smaklös; smaklöst)
soso; insípido; sin sabor; sin sal; con poca sal; haber perdido el sabor-
soso bijvoeglijk naamwoord
-
insípido bijvoeglijk naamwoord
-
sin sabor bijvoeglijk naamwoord
-
sin sal bijvoeglijk naamwoord
-
con poca sal bijvoeglijk naamwoord
-
haber perdido el sabor bijvoeglijk naamwoord
-
-
slö (matt; slött; slappt)
-
slö (försoffad; försoffat; slött; slappt; sölig; söligt; lojt; förslöat)
Vertaal Matrix voor slö:
Synoniemen voor "slö":
Wiktionary: slö
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• slö | → romo | ↔ dull — lacking the ability to cut easily; not sharp |
• slö | → vago; haragán; locho; flojo; perezoso | ↔ lazy — unwilling to work |
• slö | → obtuso; romo | ↔ obtuse — botany, zoology: blunt |
• slö | → obtuso | ↔ obtuse — intellectually dull |
• slö | → embotado; obtuso | ↔ obtus — biologie|fr Qui est arrondir, émousser au lieu d’être anguleux ou pointu. |
Spaans
Uitgebreide vertaling voor slö (Spaans) in het Zweeds
sólo:
-
sólo (solamente; no más que; únicamente)
-
sólo (desolado; desierto; solitario; abandonado; solamente; dejado; separado; aparte; independiente; en si mismo; disipado; aislado)
-
sólo (puramente; puro; mero; únicamente; exclusivamente)
-
sólo (sólamente)
befogat; berättigat; berättigad-
befogat bijvoeglijk naamwoord
-
berättigat bijvoeglijk naamwoord
-
berättigad bijvoeglijk naamwoord
-
-
sólo (único; solo; singular; únicamente)
enastående-
enastående bijvoeglijk naamwoord
-
-
sólo (solamente; de ida; únicamente)
-
sólo (solitario; solo; solamente; aislado; desierto; separado; abandonado)