Home
Woordenboeken
Word Fun
Over
Feedback
Español
Home
->
Woordenboeken
->
Zweeds/Spaans
->Zoek: närboende
Zweedse en Spaanse zoekresultaten voor:
närboende
Zoek
Remove Ads
Overzicht
Zweeds naar Spaans:
Meer gegevens...
närboende:
Wiktionary:
närboende →
vecino
,
residente
Synoniemen voor "närboende":
grannskap
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor
närboende
(Zweeds) in het Spaans
närboende:
(*Woord en zin splitter gebruikt)
när
:
cuando
;
cuándo
;
siempre que
;
con tal que
;
a condición de que
boende
:
parar
;
establecido
;
residente
;
interno
;
asentado
;
domiciliado
;
con sede en
;
habitante
;
huésped
;
inquilino
;
morador
;
íncola
;
hábitat
närboende:
Synoniemen voor "närboende":
grannskap
Wiktionary:
närboende
Cross Translation:
From
To
Via
•
närboende
→
vecino
;
residente
↔
Anwohner
— jemand, der unmittelbar neben etwas wohnt, dessen
Grundstück
an etwas angrenzt
Remove Ads