Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. äpple:
  2. Wiktionary:
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. apple:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor äpple (Zweeds) in het Engels

äpple:

äpple [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. äpple (ätäpple)
    the eating apple; the desert apple; the apple

Vertaal Matrix voor äpple:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apple äpple; ätäpple kokäpple; äpple frukt; äpplen
desert apple äpple; ätäpple
eating apple äpple; ätäpple
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
apple apel; apelfrukt; gylling

Wiktionary: äpple

äpple
noun
  1. fruit

Cross Translation:
FromToVia
äpple apple Apfel — rundliche Frucht des Apfelbaums mit Schale, Fruchtfleisch und Kerngehäuse
äpple apple pomme — Fruit

Verwante vertalingen van äpple



Engels

Uitgebreide vertaling voor äpple (Engels) in het Zweeds

apple:

apple [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the apple (apple fruit)
    äpple frukt
  2. the apple (apples)
    äpplen
  3. the apple (eating apple; desert apple)
    äpple; ätäpple
  4. the apple (cooking apple)
    kokäpple

apple

  1. apple (apple tree)
  2. apple
  3. apple

Vertaal Matrix voor apple:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kokäpple apple; cooking apple cooking-apple
äpple apple; desert apple; eating apple
äpple frukt apple; apple fruit
äpplen apple; apples
ätäpple apple; desert apple; eating apple
- Malus pumila; orchard apple tree
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
apel apple; apple tree
apelfrukt apple
gylling apple

Verwante woorden van "apple":


Synoniemen voor "apple":


Verwante definities voor "apple":

  1. fruit with red or yellow or green skin and sweet to tart crisp whitish flesh1
  2. native Eurasian tree widely cultivated in many varieties for its firm rounded edible fruits1

Wiktionary: apple

apple
noun
  1. fruit
  2. wood

Cross Translation:
FromToVia
apple äppelskrott Apfelgriebslandschaftlich: das abgegessene Kerngehäuse eines Apfels
apple äppelträd ApfelbaumBotanik: Ein Obstbaum (Malus), der Apfel als Früchte trägt
apple äpple Apfel — rundliche Frucht des Apfelbaums mit Schale, Fruchtfleisch und Kerngehäuse
apple äpple pomme — Fruit

Verwante vertalingen van äpple