Zweeds
Uitgebreide vertaling voor trivial (Zweeds) in het Engels
trivial:
-
trivial (alldaglig; grått; alldagligt; vanlig; vanligt; ordinärt; trivialt)
ordinary; common; plain; ordinarily-
ordinary bijvoeglijk naamwoord
-
common bijvoeglijk naamwoord
-
plain bijvoeglijk naamwoord
-
ordinarily bijwoord
-
-
trivial (oviktigt; betydelslöst; obetydlig; obetydligt; meningslöst; oviktig; trivialt)
insignificant; trivial; futile; meaningless; unimportant; trifling; unremarkable-
insignificant bijvoeglijk naamwoord
-
trivial bijvoeglijk naamwoord
-
futile bijvoeglijk naamwoord
-
meaningless bijvoeglijk naamwoord
-
unimportant bijvoeglijk naamwoord
-
trifling bijvoeglijk naamwoord
-
unremarkable bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor trivial:
Synoniemen voor "trivial":
Wiktionary: trivial
trivial
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• trivial | → trivial | ↔ trivial — allgemein: etwas, das ohne weitere Erklärungen und Begriffe verstanden werden kann |
• trivial | → trivial | ↔ trivial — Mathematik: etwas, das aus dem Verständnis (der Definition) eines Begriffes sofort und ohne weitere Modelle folgt |
• trivial | → trivial | ↔ trivial — abwertend: altbekannt, simpel, banal |
• trivial | → trivial | ↔ trivial — Qui est extrêmement commun, usé, rebattu ; il ne se dit guère que des pensée et des expressions. |