Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. trappa:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor trappa (Zweeds) in het Engels

trappa:

trappa [-en] zelfstandig naamwoord

  1. trappa
    the terras; the steps
    • terras [the ~] zelfstandig naamwoord
    • steps [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. trappa (trapphus)
    the staircase; the stair well; the stairs

Vertaal Matrix voor trappa:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stair well trappa; trapphus
staircase trappa; trapphus trappuppgång
stairs trappa; trapphus trappor; trappuppgång
steps trappa trappstege; trappuppgång
terras trappa
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
steps gradäng

Wiktionary: trappa

trappa
noun
  1. series of steps
  2. contiguous set of steps

Cross Translation:
FromToVia
trappa staircase; stairs; stairway; steps; flight of stairs escalier — Ensemble de marches

Verwante vertalingen van trappa