Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. minus:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor minus (Zweeds) in het Engels

minus:

minus [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. minus (minustecken)
    the minus sign; the minus
    • minus sign [the ~] zelfstandig naamwoord
    • minus [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor minus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
minus minus; minustecken
minus sign minus; minustecken kort tankstreck
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
minus minus-
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
minus sign subtraktionstecken

Synoniemen voor "minus":


Wiktionary: minus

minus
noun
  1. symbol used to denote the operation of subtraction and to indicate that a number is negative
  2. defect or deficiency
adjective
  1. ranking just below a designated rating
  2. on the negative part of a scale
en-con
  1. mathematics: less
adverb
  1. of a temperature: below zero

Cross Translation:
FromToVia
minus minus sign minteken — (wiskunde, nld) het symbool - om een aftrekking of een negatief getal aan te duiden
minus deficit Miesesalopp: der Betrag, der bei der Abrechnung beziehungsweise Endabrechnung fehlt
minus minus Minusohne Plural: Fehlendes bei einer Abrechnung
minus minus minusweniger

Verwante vertalingen van minus