Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. lucka:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor lucka (Zweeds) in het Engels

lucka:

lucka [-en] zelfstandig naamwoord

  1. lucka (hiatus; gap)
    the hiatus; the lacuna; the gap; the blank
    • hiatus [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lacuna [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • blank [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. lucka (brytning; bräcka; rämna; bräsch)
    the breach
    • breach [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. lucka (tomrum; gap)
    the lacuna; the hiatus; the void; the gap; the blank
    • lacuna [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hiatus [the ~] zelfstandig naamwoord
    • void [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • blank [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. lucka (serveringslucka; lucköppning; dörrhalva)
    the hatch
    – a movable barrier covering a hatchway 1
    • hatch [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lucka:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blank gap; hiatus; lucka; tomrum blankett; tomhet
breach brytning; bräcka; bräsch; lucka; rämna
gap gap; hiatus; lucka; tomrum bräcka; hål; hålighet; klyvning; myntinkast; skreva; spricka; springa; springe; tillfällig; urringning; vrå
hatch dörrhalva; lucka; lucköppning; serveringslucka rutat
hiatus gap; hiatus; lucka; tomrum
lacuna gap; hiatus; lucka; tomrum
void gap; lucka; tomrum tom plats; tomhet; tomrum; vakuum
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hatch kläcka
void annullera
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blank blank; blanko; blankt; blekt; enkel; enkelt; fri; fritt; färglöst; förbluffat; förstummad; förstummat; förvånat; innehållslös; innehållslöst; mållös; mållöst; oförblommerat; oskriven; oskrivet; osminkad; osminkat; tomt; urtvättad; urtvättat; uttryckslös; uttryckslöst; vit; vitt
void ogiltig
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
gap glipa
hatch skraffera
lacuna lakun
void renons

Synoniemen voor "lucka":


Wiktionary: lucka

lucka
noun
  1. small door provided for access for maintenance
  2. opening for serving food
  3. horizontal door
  4. door set into floor or ceiling

Cross Translation:
FromToVia
lucka counter Counter — Fahrkartenschalter auf Flughäfen oder Bahnhöfen
lucka flap KlappeVorrichtung, die an einer Seite befestigt ist, bewegt werden kann und eine Öffnung verschließt
lucka scuttle; hatch Luke — eine klappbare Tür; eine verschließbare Öffnung
lucka gap Lücke — Stelle, an der etwas fehlt, das dort sein sollte
lucka counter Schalterfachsprachlich: abgeteilter Raum zur Abfertigung des Publikums in einer Halle oder einem größeren Raum (z. B. Bahnhof, Bank oder Post)
lucka glitch; snag accroc — Déchirure faite dans un tissu par quelque chose de pointu ou qui accrocher.