Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. karg:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor karg (Zweeds) in het Engels

karg:

karg bijvoeglijk naamwoord

  1. karg (kalt; torftigt; torrt; kal)
    bare; barren
    • bare bijvoeglijk naamwoord
    • barren bijvoeglijk naamwoord
  2. karg (ogästvänlig)
    barren; inhospitable

Vertaal Matrix voor karg:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bare blotta; dra upp; göra bar; utnyttja
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bare kal; kalt; karg; torftigt; torrt bart; naken; naket; öppen; öppet
barren kal; kalt; karg; ogästvänlig; torftigt; torrt fattig; fattigt; kal; kalt; kargt; ofruktbar; ofruktbart; torkad; torkat; öde; ödsligt
inhospitable karg; ogästvänlig
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
bare obetäckt; obevuxen; obevuxet
barren gall; gallt; ofruktsam; ofruktsamt

Synoniemen voor "karg":


Wiktionary: karg


Cross Translation:
FromToVia
karg meagre; meager kargLandwirtschaft: ertragsarm
karg short karg — mit dem, was man zu geben bereit ist, zurückhaltend