Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hall:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor hall (Zweeds) in het Engels

hall:

hall [-en] zelfstandig naamwoord

  1. hall (stort rum; rum)
    the hall; the room; the chamber
    • hall [the ~] zelfstandig naamwoord
    • room [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chamber [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. hall (förstuga)
    the entrance-hall; the hall
  3. hall (vestibul)
    the vestibule; the hall; the lobby; the foyer
    • vestibule [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hall [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lobby [the ~] zelfstandig naamwoord
    • foyer [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. hall (ingång; entré)
    the portal; the hall
    • portal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hall [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. hall (aula; sal)
    the hall
    • hall [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hall:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chamber hall; rum; stort rum kammare; rum
entrance-hall förstuga; hall
foyer hall; vestibul fikarum; kafferum; mottagningsrum; tekningsrum
hall aula; entré; förstuga; hall; ingång; rum; sal; stort rum; vestibul fiskmarknad; riddarsal; rummet på framsidan
lobby hall; vestibul intressegrupp; korridor; lobby
portal entré; hall; ingång fiskmarknad; riddarsal
room hall; rum; stort rum grupprum; hotell rum; kammare; rum
vestibule hall; vestibul veranda
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
chamber slusskammare
entrance-hall entréhall
foyer foajé
hall tambur
lobby lobby; påtryckningsgrupp
portal portal
room utrymme

Synoniemen voor "hall":


Wiktionary: hall

hall
noun
  1. room

Cross Translation:
FromToVia
hall vestibule; foyer; entrance hall; lobby DieleArchitektur: ein Hausflur, ein Vorraum, der sich hinter dem Eingang eines Hauses oder einer Wohnung befindet und von dem aus die einzelnen Wohnungen oder aber die einzelnen Zimmer zugänglich sindLit-Adolphs: Wörterbuch der deutschen Sprache|J=2005, Seite 331.
hall corridor; hall; hallway FlurRaum zwischen Hauseingang und Treppenhaus oder zwischen Haustür und Wohnbereich
hall hall Halle — großer und hoher Aufenthalts-, Empfangs- oder Lagerraum im Erdgeschoss

Verwante vertalingen van hall