Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. gunst:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor gunst (Zweeds) in het Engels

gunst:

gunst [-en] zelfstandig naamwoord

  1. gunst (ynnest)
    the favour; the favor
    • favour [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • favor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor gunst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
favor gunst; ynnest bevågenhet; ensamrätt; favör; förmån; hugna; privilegium; rättighet; tjänst; ynnestbevis
favour gunst; ynnest bevågenhet; ensamrätt; favör; förmån; hugna; privilegium; rättighet; tjänst; ynnestbevis
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
favor befordra; favorisera; föredra; gynna; priviligiera; understödja; uppmuntra
favour befordra; favorisera; föredra; gynna; priviligiera; understödja; uppmuntra

Wiktionary: gunst


Cross Translation:
FromToVia
gunst favour; favourableness; favorableness; favor Gunst — die Bevorzugung, das Wohlwollen, die Gewogenheit
gunst charm; favour; gift; grace; gracefulness; boon; kindness grâce — Ce qui plaît dans les attitudes, les manières, les discours. Un certain agrément, un certain charme indéfinissable.