Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. fraktgods:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fraktgods (Zweeds) in het Engels

fraktgods:

fraktgods [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. fraktgods (frakt; gods; last)
    the freight; the shipment; the load; the cargo
    • freight [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shipment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • load [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cargo [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fraktgods:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cargo frakt; fraktgods; gods; last belastning; frakt; gods; godstrafik; lass; last; skeppslast; vägtransport
freight frakt; fraktgods; gods; last frakt; gods; last
load frakt; fraktgods; gods; last ansamling; beläggning; besvär; bunt; en stor del; frakt; gods; gäng; hord; last; liten last; massa; massor; mycket; obekvämlighet; olägenhet; omak
shipment frakt; fraktgods; gods; last frakt; gods; inskeppning; last; skeppslast; sändning; transport
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
freight lasta
load göra svårare; göra tyngre; ladda; ladda elektriskt; ladda ett vapen; lasta; läsa in; återuppladda
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
shipment skicka
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
freight befrakta
load fora; lassa
shipment skeppning; utskeppning; varuparti

Wiktionary: fraktgods

fraktgods
noun
  1. goods