Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. befogenhet:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor befogenhet (Zweeds) in het Engels

befogenhet:

befogenhet [-en] zelfstandig naamwoord

  1. befogenhet (myndighet)
    the authority

Vertaal Matrix voor befogenhet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
authority befogenhet; myndighet auktorisation; auktoritet; befullmäktigande; bemyndigande; expert; fullmakt; ha befogenhet; herravälde; härskare; makt; mandat; mandera; myndighet; sakkunnig; specialist; styrka; övervälde
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
authority behörighet; maktbefogenhet; pondus; översåte

Synoniemen voor "befogenhet":


Wiktionary: befogenhet


Cross Translation:
FromToVia
befogenhet authority Befugnis — Berechtigung, Erlaubnis etwas tun zu dürfen

Verwante vertalingen van befogenhet