Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. sista:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor sista (Zweeds) in het Engels

sista:

sista bijvoeglijk naamwoord

  1. sista
    last; of this month
  2. sista (föregående)
    previous; preceding; last

sista zelfstandig naamwoord

  1. sista (siste)
    the last
    • last [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. sista
    the last; the rearguard; the stragglers
    • last [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rearguard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stragglers [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. sista (förra)
    the previous; the last
    • previous [the ~] zelfstandig naamwoord
    • last [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sista:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
last förra; sista; siste sistfödd; stövelträd; yngste
previous förra; sista
rearguard sista
stragglers sista
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
last bestå
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
preceding föregående; sista föregående; införande; införandet; preliminär; preliminärt
previous föregående; sista ex-; förra; försenad; försenat
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
last bestå; sist
rearguard eftertrupp
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
last föregående; sista efterliggande; nyligen; sistnämnd
of this month sista

Wiktionary: sista


Cross Translation:
FromToVia
sista last Letzter — in einer zeitlichen, räumlichen oder rangmäßigen Abfolge am Ende stehen

Verwante vertalingen van sista