Zweeds
Uitgebreide vertaling voor slutspel (Zweeds) in het Duits
slutspel: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- slut: fertig; erschöpft; kaputt; ohnmächtig; ermattet; abgespannt; übermüdet; todmüde; hundemüde; halbtot; abgemattet; leid; satt; Abschluß; Schluß; Ende; Arsch; Hintern; Beendigung; Beendung; Ablauf; Beschluß; Auslauf; Ausklang; Endpunkt; Endlauf; Endkampf; Ergebnis; Resultat; Folgerung; Endergebnis; Gesamtzahl; Gesamtergebnis; Konklusion; Schwanzende
- spel: Glücksspiel; Spiel; Runde; Partie; Spielchen; Wettbewerb; Satz; Streit; Wettkampf; Schlacht; Spielraum; Wettstreit; Kämpfe; Computerspiel; Videospiel
- Spel: Spiel
- slå ut: Freistellen