Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. processor:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor processor (Zweeds) in het Duits

processor:

processor [-en] zelfstandig naamwoord

  1. processor (centralenhet)
    der Prozessor
  2. processor (mikroprocessor; CPU)
    der Prozessor; der Mikroprozessor; CPU; Zentralprozessor

Vertaal Matrix voor processor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Mikroprozessor CPU; mikroprocessor; processor chip; mikroprocessor
Prozessor CPU; centralenhet; mikroprocessor; processor
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
CPU CPU; mikroprocessor; processor
Zentralprozessor CPU; mikroprocessor; processor

Wiktionary: processor

processor
noun
  1. zentrale Recheneinheit (CPU, Central Processing Unit) in einem Computer