Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kosack:
  2. kosäck:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kosack (Zweeds) in het Duits

kosack:

kosack [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kosack
    der Kosacke
    • Kosacke [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. kosack
    der Kosak; der Kosake
    • Kosak [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kosake [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kosack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kosacke kosack kosäck
Kosak kosack
Kosake kosack

Wiktionary: kosack

kosack
noun
  1. Angehöriger eines (halb-)nomadischen Volkes in Osteuropa
  2. Angehöriger einer militärischen Einheit des Volkes [1]

kosäck:

kosäck zelfstandig naamwoord

  1. kosäck
    der Kosacke
    • Kosacke [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kosäck:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kosacke kosäck kosack