Overzicht
Zweeds naar Duits: Meer gegevens...
- variabel:
-
Wiktionary:
- variabel → variabel, Variable, Parameter, Symbol, Platzhalter, Variablensymbol
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor variabel (Zweeds) in het Duits
variabel:
-
variabel (ombytlig; variabelt; ombytligt)
wechselnd; variierend; schwankend; wechselhaft; unbeständig; wandelbar-
wechselnd bijvoeglijk naamwoord
-
variierend bijvoeglijk naamwoord
-
schwankend bijvoeglijk naamwoord
-
wechselhaft bijvoeglijk naamwoord
-
unbeständig bijvoeglijk naamwoord
-
wandelbar bijvoeglijk naamwoord
-
-
variabel (ostadig; ostadigt; föränderlig; ombytligt; föränderligt; växlandet)
-
variabel (förändrande)
die Variabilität -
variabel
Vertaal Matrix voor variabel:
Synoniemen voor "variabel":
Wiktionary: variabel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• variabel | → variabel | ↔ variable — able to vary |
• variabel | → variabel | ↔ variable — mathematics: having no fixed quantitative value |
• variabel | → Variable | ↔ variable — something that is variable |
• variabel | → Variable | ↔ variable — something whose value may be dictated or discovered |
• variabel | → Variable; Parameter | ↔ variable — mathematics: a quantity that may assume any one of a set of values |
• variabel | → Variable; Symbol; Platzhalter; Variablensymbol | ↔ variable — mathematics: a symbol representing a variable |
• variabel | → Variable | ↔ variable — computing: a named mutable piece of storage |