Zweeds

Uitgebreide vertaling voor utpräglad (Zweeds) in het Duits

utpräglad:

utpräglad bijvoeglijk naamwoord

  1. utpräglad (uttalad; distinkt)
    ausgeprägt; markant; prononciert; unverkennbar

utpräglad zelfstandig naamwoord

  1. utpräglad
    Rangabzeichen; Dienstgradabzeichen

Vertaal Matrix voor utpräglad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Dienstgradabzeichen utpräglad
Rangabzeichen utpräglad
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ausgeprägt distinkt; utpräglad; uttalad
markant distinkt; utpräglad; uttalad extremt; överdriven; överdrivet
prononciert distinkt; utpräglad; uttalad anslående; frapperande; imponerande; markant; slående
unverkennbar distinkt; utpräglad; uttalad anslående; frapperande; imponerande; markant; obestridligt; ofelbart; oförneklig; oförnekligt; otvedydig; otvedydigt; otvekbart; otvetydig; otvetydigt; slående; synbarligen; uppenbar; uppenbarligen; uppenbart

Synoniemen voor "utpräglad":