Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. urin:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor urin (Zweeds) in het Duits

urin:

urin [-en] zelfstandig naamwoord

  1. urin (piss)
    der Urin; der Harn; die Pisse
    • Urin [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Harn [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Pisse [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor urin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Harn piss; urin
Pisse piss; urin
Urin piss; urin

Wiktionary: urin

urin
  1. flüssige Ausscheidung der Blase beziehungsweise der Nieren bei Menschen und verwandten Säugetieren
noun
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
urin Urin urine — een vloeistof die bij dieren door de nieren wordt geproduceerd en periodiek wordt geloosd
urin Urin; Harn urine — liquid excrement
urin Pipi wee — urine