Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. svimning:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor svimning (Zweeds) in het Duits

svimning:

svimning [-en] zelfstandig naamwoord

  1. svimning (fladdring; fläktning)
    Lichtsignal; Flimmern; der Schimmer; Glitzern; Funkeln; Glänzen; Lichtzeichen
  2. svimning (svimning sanfall; vanmakt)
    die Ohnmacht
    • Ohnmacht [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor svimning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Flimmern fladdring; fläktning; svimning flimmer; flimmrande; glans; glitter; glittrande; gnister; gnistrande; skymning; sprudlande
Funkeln fladdring; fläktning; svimning blinka; blinkning; flamma; flimmrande; glans; glitter; gnista; gnistrande; lyster; sprudlande; tindra
Glitzern fladdring; fläktning; svimning flimmer; glans; glitter; glittrande; gnister
Glänzen fladdring; fläktning; svimning blankhet; glans; glimmer; glitter; glöd; lyster; polityr; sken; skimmer
Lichtsignal fladdring; fläktning; svimning blink; blixt; glimt; ljussignal; plötsligt sken
Lichtzeichen fladdring; fläktning; svimning blink; blixt; glimt; ljussignal; plötsligt sken
Ohnmacht svimning; svimning sanfall; vanmakt kraftlöshet; maktlöshet; medvetslöshet; styrklös; svimningsanfall; vanmäktighet
Schimmer fladdring; fläktning; svimning aning; anstrykning; blankhet; en gnista; en liten bit; glans; glöd; gnista; hint; ledtråd; polityr; sken; skimmer; små spår; stråle; tips; ton

Wiktionary: svimning

svimning
noun
  1. vorübergehende Bewusstlosigkeit

Cross Translation:
FromToVia
svimning Ohnmacht swoon — a faint

Verwante vertalingen van svimning