Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. ranka:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor ranka (Zweeds) in het Duits

ranka:

ranka [-en] zelfstandig naamwoord

  1. ranka
    der Sproß
    • Sproß [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. ranka (hårtest; hårlock; klänge)
    der Sproß; die Ranke; der Trieb; der Ausläufer
    • Sproß [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Ranke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Trieb [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Ausläufer [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ranka:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ausläufer hårlock; hårtest; klänge; ranka kvistar; pallar; sittmöbler; smågrenar; stolar
Ranke hårlock; hårtest; klänge; ranka
Sproß hårlock; hårtest; klänge; ranka avkomling; skott; stickling; ättling
Trieb hårlock; hårtest; klänge; ranka begär; boskapsdrivning; boskapsspår; drift; driva boskap; glädje; lust; nöje; sexlust; skott; starkt behov; stickling; upptåg; urklipp

Synoniemen voor "ranka":


Wiktionary: ranka


Cross Translation:
FromToVia
ranka Ranke tendril — a thin, spirally coiling stem