Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. räffla:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor räffla (Zweeds) in het Duits

räffla:

räffla zelfstandig naamwoord

  1. räffla (fåra)
    die Rille; die Furche; die Rinne; der Falz; die Kannelüre
    • Rille [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Furche [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Rinne [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Falz [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kannelüre [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. räffla (fåra; ränna)
    der Nut; der Einschnitt; die Rinne; die Rille; die Furche
    • Nut [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Einschnitt [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Rinne [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Rille [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Furche [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor räffla:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einschnitt fåra; räffla; ränna avskiljande; avsöndring; brandgata; brandmur; brandsäker vägg; hack; hål; hålighet; inskuren; inskärning; klyvning; landningsbana; penndrag; repa; skreva; skärsår; skåra; springe; streck; sår; uppdelning; urringning; vrå
Falz fåra; räffla landningsbana; myntinkast; springa
Furche fåra; räffla; ränna dike; farväg; kanal; landningsbana; minskackt; myntinkast; springa
Kannelüre fåra; räffla
Nut fåra; räffla; ränna
Rille fåra; räffla; ränna dike; kam; rygg; upphöjd rand
Rinne fåra; räffla; ränna dike; farväg; kanal; liten bukt; liten hamn; liten vik

Wiktionary: räffla

räffla
noun
  1. lange und schmale Vertiefung in einer Oberfläche
  2. allgemein: eine künstliche Vertiefung, meist in Architekturelementen