Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Duits ->Vertaal plugg

Vertaal plugg van Zweeds naar Duits

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

plugg:
- Stift; Bolz; Zapfen; Keil; Nagel; Griffel; Nadel; Spieß; Pflock; Flaum; Feder
Wiktionary:
- plugg → Pfropf, Penne, Dübel
- plugg → Dübel, Kartoffel, Erdapfel

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor plugg (Zweeds) in het Duits

plugg:

plugg [-ett] zelfstandig naamwoord

plugg (tapp; pinne; sprint; bult)
der Stift; der Bolz; der Zapfen; der Keil; der Nagel; der Griffel; die Nadel; der Spieß; der Pflock; der Flaum; die Feder
- Stift [der ~] zelfstandig naamwoord
- Bolz [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zapfen [der ~] zelfstandig naamwoord
- Keil [der ~] zelfstandig naamwoord
- Nagel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Griffel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Nadel [die ~] zelfstandig naamwoord
- Spieß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Pflock [der ~] zelfstandig naamwoord
- Flaum [der ~] zelfstandig naamwoord
- Feder [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor plugg:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Bolz	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	stor skruv; stor spik
Feder	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	fjäder
Flaum	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	fjun
Griffel	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	griffel
Keil	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	hängare; klädhängare; säkerhets pegg
Nadel	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	nål; obelisk; pinne
Nagel	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	nagel
Pflock	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	tältpinne
Spieß	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	lans; ryggskott; spjut
Stift	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	biskopsdöme; filtpenna; griffel; kulspetspenna; penna; seminarium; sistfödd; stift
Zapfen	bult; pinne; plugg; sprint; tapp	istapp; kon; kägla

Synoniemen voor "plugg":

studier; skola; propp

Wiktionary: plugg

plugg

noun

Masse, die eine Öffnung verstopft
- Pfropf → propp; plugg
Schülerjargon: salopper bis oft leicht negativer Ausdruck für eine (höhere) Schule
- Penne → plugg; natthärbärge
ein Hilfsmittel, um Schrauben durch Stauchung in ein Material belastbar zu befestigen
- Dübel → plugg

Cross Translation:

From	To	Via
• plugg	→ Dübel	↔ dowel — a pin fitting into holes, partly in one piece and partly in the other to keep them in their position
• plugg	→ Kartoffel; Erdapfel	↔ potato — plant tuber eaten as starchy vegetable