Plan in het Duits vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

plan:
- Projekt; Plan; Absicht; Etage; Stock; Stockwerk; Rohversion; Kladde; Konzept; Entwurf; Sportplätze
- b
Wiktionary:
- plan → plan, egal, eben
- plan → Stockwerk, Plan, Maschine, Geschoss, Fläche, Flugzeug, Feld, Ebene
- plan → Stock, Vorrichtung, Kunstgriff, Instrument, Einrichtung, Hilfsmittel, Feld, Spielfeld, Platz, flach, eben, Niveau, konstant, Etage, Plan, Ebene, Flugzeug, Flieger, Stockwerk

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor plan (Zweeds) in het Duits

plan (projekt)
Projekt; Plan
- Projekt [das ~] zelfstandig naamwoord
- Plan [das ~] zelfstandig naamwoord
plan (anfallsmål; mål; avsikt)
die Absicht; der Plan
- Absicht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Plan [der ~] zelfstandig naamwoord
plan (våningsplan; våning)
die Etage; der Stock; Stockwerk
- Etage [die ~] zelfstandig naamwoord
- Stock [der ~] zelfstandig naamwoord
- Stockwerk [das ~] zelfstandig naamwoord
plan (koncept)
die Rohversion; die Kladde; Konzept; der Entwurf
- Rohversion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kladde [die ~] zelfstandig naamwoord
- Konzept [das ~] zelfstandig naamwoord
- Entwurf [der ~] zelfstandig naamwoord
plan (plan för sport)
die Sportplätze
- Sportplätze [die ~] zelfstandig naamwoord
plan
Plan
- Plan

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Absicht	anfallsmål; avsikt; mål; plan	mening; mål stolpe; syfte; uppfattning; vilja; ändamål; åsikt
Entwurf	koncept; plan	Utkast; början på ett plan; concept; exemplar; föredöme; grovskisser; kladd; nivå; skildring; skiss; skisser; specimen; utkast; översikt
Etage	plan; våning; våningsplan	intensifiering; nivå
Kladde	koncept; plan	anteckningsbok; råmanus; skrynklig sida; skrynkligt blad; utkastskopia
Konzept	koncept; plan	början på ett plan; concept; grovskisser; nivå; skisser; utkast
Plan	anfallsmål; avsikt; mål; plan; projekt	karta; kladd; nivå; skildring; skiss; utkast; vilja; översikt
Projekt	plan; projekt	Projekt; nivå; projekt
Rohversion	koncept; plan
Sportplätze	plan; plan för sport	idrottsfält; idrottsplats; sportanläggningar; sportfält
Stock	plan; våning; våningsplan	bikupa; djurbestånd; djurkoloni; intensifiering; käpp; nivå; stav; stång
Stockwerk	plan; våning; våningsplan	intensifiering; nivå
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Plan	plan
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
b	plan; plant; platt

plan

adjective

noun

Geschoss über dem Parterre
- Stockwerk → plan; våning; etage
ein durchdachtes Vorhaben, eine Idee oder Vorstellung einer Vorgehensweise
- Plan → plan
Technik: verkleinerte Darstellung eines Gebäudes oder Darstellung eines technischen Teils
- Plan → plan
Flugzeug
- Maschine → plan; flygplan; maskin
Räumlichkeiten, die sich in einem Gebäude auf derselben Ebene befinden
- Geschoss → plan; våning
Mathematik: eine zweidimensionale Mannigfaltigkeit
- Fläche → plan; yta
Luftfahrzeug, das schwerer als Luft ist und den aerodynamischen Auftrieb nutzt
- Flugzeug → plan; luftfartyg; flygplan
Sport: kurz für Spielfeld
- Feld → plan
Bauwesen: Geschoss, Etage in einem Gebäude
- Ebene → plan
Mathematik, Geometrie: die Euklidische Ebene, ein zweidimensionaler Vektorraum
- Ebene → plan; yta
ungekrümmte, planare Fläche
- Ebene → plan

Cross Translation:

From	To	Via
• plan	→ Vorrichtung; Kunstgriff; Instrument; Einrichtung; Hilfsmittel	↔ device — project, stratagem, artifice
• plan	→ Feld; Spielfeld; Platz	↔ field — sports: area reserved for playing a game
• plan	→ flach; eben	↔ flat — having no variations in altitude
• plan	→ eben; Niveau	↔ level — same height at all places
• plan	→ konstant	↔ level — being unvaried
• plan	→ Etage	↔ level — floor of a multi-storey building
• plan	→ Plan	↔ plan — technical drawing
• plan	→ Plan	↔ plan — set of intended actions
• plan	→ Plan	↔ plan — 2-dimensional drawing from above
• plan	→ eben	↔ plane — of a surface: flat or level.
• plan	→ Ebene	↔ plane — math: flat surface extending infinitely in all directions
• plan	→ Ebene	↔ plane — level of existence
• plan	→ Flugzeug; Flieger	↔ plane — airplane
• plan	→ Stockwerk; Etage; Stock	↔ verdieping — alle ruimten op één hoogte in een gebouw