Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. pasta:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor pasta (Zweeds) in het Duits

pasta:

pasta [-en] zelfstandig naamwoord

  1. pasta (deg)
    die Pasta; die Nudeln; die dickflüssige Salbe; die Paste; der Teig
    • Pasta [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Nudeln [die ~] zelfstandig naamwoord
    • dickflüssige Salbe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Paste [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Teig [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. pasta (italienska pastasorter)
    die Nudeln; die Pasta
    • Nudeln [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Pasta [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. pasta (knödel; nudel)
    die Nudeln; der Klöße; die Pasta; die Knödel
    • Nudeln [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Klöße [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Pasta [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Knödel [die ~] zelfstandig naamwoord
  4. pasta

Vertaal Matrix voor pasta:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Klöße knödel; nudel; pasta
Knödel knödel; nudel; pasta
Nudeln deg; italienska pastasorter; knödel; nudel; pasta makaroner
Pasta deg; italienska pastasorter; knödel; nudel; pasta
Paste deg; pasta
Teig deg; pasta deg; smet
dickflüssige Salbe deg; pasta
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Teigware pasta

Synoniemen voor "pasta":


Wiktionary: pasta

pasta
noun
  1. zähe und streichfähige Substanz

Cross Translation:
FromToVia
pasta Teigwaren pasta — de benaming voor een aantal Italiaanse deegproducten
pasta Teigwaren; Nudeln pasta — pieces of dough made from wheat and water