Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. omkring:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor omkring (Zweeds) in het Duits

omkring:

omkring bijvoeglijk naamwoord

  1. omkring (runt; runtomkring)
    um herum
  2. omkring (hit och dit)
    so etwas

omkring zelfstandig naamwoord

  1. omkring
    Außenherum

Vertaal Matrix voor omkring:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Außenherum omkring
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
so etwas såsom
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
so etwas hit och dit; omkring
um herum omkring; runt; runtomkring runt

Synoniemen voor "omkring":


Wiktionary: omkring

omkring
adverb
  1. ziellos hin und her
  2. circa-Angabe: um ... herum
  3. um etwas
  4. drückt ein etwas kleineres Maß an Sicherheit aus: ungefähr
  5. rings um etwas herum (auch übertragen)

Verwante vertalingen van omkring