Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. obändig:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor obändig (Zweeds) in het Duits

obändig:

obändig bijvoeglijk naamwoord

  1. obändig (obändigt)
    ungebändigt; ungezähmt
  2. obändig (omedgörlig; obändigt; omedgörligt)
    unnachgiebig

Vertaal Matrix voor obändig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ungebändigt obändig; obändigt
ungezähmt obändig; obändigt
unnachgiebig obändig; obändigt; omedgörlig; omedgörligt oeftergivligt; oflexibel; oflexibelt

Synoniemen voor "obändig":

  • okuvlig