Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. friskus:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor friskus (Zweeds) in het Duits

friskus:

friskus [-en] zelfstandig naamwoord

  1. friskus (våghals)
    der Angeber; der Wagemut; der Wagehals; die Windmacherei; der Draufgämger

Vertaal Matrix voor friskus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Angeber friskus; våghals bluff; bullersam överförfriskad person; lurifax; rumlare; skitsnack; skryt; skrytare; skrytmåns; skrävlare; skvallerbytta; smygande; storskrytare; stroskrytare; viktigpetter
Draufgämger friskus; våghals
Wagehals friskus; våghals strids häst
Wagemut friskus; våghals företagsam ande; mod; nerv
Windmacherei friskus; våghals braverande; ostentation; prål; skryt; skrytande; skrävlande; ståt; vräkighet

Synoniemen voor "friskus":

  • hurtbulle