Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. frimärke:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor frimärke (Zweeds) in het Duits

frimärke:

frimärke [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. frimärke
    die Briefmarke; Postwertzeichen
  2. frimärke
    Amtssiegel

Vertaal Matrix voor frimärke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Amtssiegel frimärke kontrollstämpel; stämpel; vaxförsegling; vaxsigill
Briefmarke frimärke
Postwertzeichen frimärke

Synoniemen voor "frimärke":


Wiktionary: frimärke

frimärke
noun
  1. Kurzform von Briefmarke oder einem anderen Wertzeichen
  2. aufklebbares (seltener auch aufgedrucktes) Wertzeichen, das als Zahlungsmittel für Postgebühren dient

Cross Translation:
FromToVia
frimärke Briefmarke postzegel — betalingsmiddel voor het verzenden van post
frimärke Briefmarke postage stamp — piece of paper indicating postage has been paid
frimärke Briefmarke timbre-postevignette adhésif, de valeur conventionnelle, émettre par une administration postale et destiner à affranchir les envois confier à la poste.

Verwante vertalingen van frimärke