Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. fordran:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fordran (Zweeds) in het Duits

fordran:

fordran zelfstandig naamwoord

  1. fordran (krav; anspråk)
    Anfordern; Abtrennen; Abheben; Abtreten
  2. fordran
    die Schuldforderung

Vertaal Matrix voor fordran:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Abheben anspråk; fordran; krav bestigning; start; uppfärt; uppstigning; utgångspunkt
Abtrennen anspråk; fordran; krav avskiljning; klippa av; skära av; uppsprättning; utsöndring
Abtreten anspråk; fordran; krav avträdande; försvinnande; pensionering; uppsägning
Anfordern anspråk; fordran; krav beställande; fodra
Schuldforderung fordran skuldkrävande

Synoniemen voor "fordran":


Wiktionary: fordran

fordran
noun
  1. dringender Wunsch, Begehren, Verlangen, insbesondere auch ein finanzieller Anspruch an einen Dritten

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van fordran