Zweeds
Uitgebreide vertaling voor fin (Zweeds) in het Duits
fin:
-
fin (späd; delikat; sprött; fint; skört; spröd; ömtåligt; klent; spätt)
zärtlich; empfindlich; fein; delikat; liebend; empfindsam; heikel; sanft; sanftmütig; schwächlich; zart; hilflos-
zärtlich bijvoeglijk naamwoord
-
empfindlich bijvoeglijk naamwoord
-
fein bijvoeglijk naamwoord
-
delikat bijvoeglijk naamwoord
-
liebend bijvoeglijk naamwoord
-
empfindsam bijvoeglijk naamwoord
-
heikel bijvoeglijk naamwoord
-
sanft bijvoeglijk naamwoord
-
sanftmütig bijvoeglijk naamwoord
-
schwächlich bijvoeglijk naamwoord
-
zart bijvoeglijk naamwoord
-
hilflos bijvoeglijk naamwoord
-
-
fin (skör; klen; skört; klent; spätt; sprött; fint; ömtåligt)
empfindlich; verletzbar; quetschbar-
empfindlich bijvoeglijk naamwoord
-
verletzbar bijvoeglijk naamwoord
-
quetschbar bijvoeglijk naamwoord
-
-
fin (prydligt; fint)
Vertaal Matrix voor fin:
Synoniemen voor "fin":
Wiktionary: fin
fin
Cross Translation:
adjective
-
für besonders feierliche Anlässe gedacht
-
sehr fein, feingliedrig
-
gute Qualität bezeichnend: scharf, genau
-
physisch: dünn, zart, feinkörnig
-
psychisch / psychosozial: feinsinnig, feinfühlig, einfühlsam
-
wertend: sehr gut, von sehr guter Qualität
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• fin | → schön | ↔ beautiful — possessing charm and attractive |
• fin | → fein | ↔ fine — of superior quality |
• fin | → herrlich | ↔ fine — of weather: sunny and not raining |
• fin | → filigran | ↔ fine — particularly slender; especially thin, narrow, or of small girth |
• fin | → filigran | ↔ fine — made of slender or thin filaments |
• fin | → schön; nett; hübsch | ↔ nice — attractive |
• fin | → super; schön; toll; wunderbar; geil | ↔ nice — showing or requiring great precision or sensitive discernment |
• fin | → hübsch; schön | ↔ pretty — especially of women and children: pleasant, attractive |