Zweeds
Uitgebreide vertaling voor erfaret (Zweeds) in het Duits
erfaret:
-
erfaret (erfaren; vant; beprövad; beprövatd)
erfahren; qualifiziert; geübt; gewandt; geschult; routiniert; bewandert-
erfahren bijvoeglijk naamwoord
-
qualifiziert bijvoeglijk naamwoord
-
geübt bijvoeglijk naamwoord
-
gewandt bijvoeglijk naamwoord
-
geschult bijvoeglijk naamwoord
-
routiniert bijvoeglijk naamwoord
-
bewandert bijvoeglijk naamwoord
-
-
erfaret (erfaren)
Vertaal Matrix voor erfaret:
Synoniemen voor "erfaret":
Computer vertaling door derden: