Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. episod:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor episod (Zweeds) in het Duits

episod:

episod [-en] zelfstandig naamwoord

  1. episod (avsnitt; kapitel)
    die Episode; die Folge; die Ausgabe; die Nummer
    • Episode [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Folge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Ausgabe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Nummer [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor episod:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ausgabe avsnitt; episod; kapitel Edition; distribution; kostnad; ljudnivå; upplaga; utdelning; utgift; utgifter; utgåva; volym; överlämning
Episode avsnitt; episod; kapitel
Folge avsnitt; episod; kapitel avkastning; cyclus; följd; förföljning; hov; kedja; konsekvens; kungligt hushåll; ordningsföljd; rad; resultat; sekvens; serie; sträng; upplaga; utföra; utgåva
Nummer avsnitt; episod; kapitel attraktion; nummer; serienummer; siffra

Synoniemen voor "episod":


Wiktionary: episod

episod
noun
  1. Medizin: kurzer Abschnitt im Krankheitsverlauf
  2. Literaturwissenschaft: eingeschobene Handlung, Nebenhandlung
  3. allgemein: kurzer Abschnitt in einem längeren Prozess, Verlauf

Cross Translation:
FromToVia
episod Episode episode — incident or action connected with a series of events
episod Episode; Folge episode — installment of a drama told in parts