Zweeds
Uitgebreide vertaling voor charm (Zweeds) in het Duits
charm:
-
charm (utstrålning)
-
charm (attraktivitet; tjusning; förtrollning; ljuvhet)
der Scharm; der Reiz; die Bezauberung; die Anmut; die Grazie; der Zauber; die Lieblichkeit; der Liebreiz -
charm (inviterande)
-
charm
-
charm (söthet; vänlighet; älskvärdhet)
Vertaal Matrix voor charm:
Computer vertaling door derden: