Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. avkortning:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor avkortning (Zweeds) in het Duits

avkortning:

avkortning [-en] zelfstandig naamwoord

  1. avkortning (förkortning; avknappning)
    die Einschränkung

Vertaal Matrix voor avkortning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einschränkung avknappning; avkortning; förkortning bandbreddsbegränsning; begränsning; besparing; gräns; inskränkning; insparning; minskning; reduktion; restriktion; sparsamhet

Wiktionary: avkortning

avkortning
noun
  1. Handlung und Ereignis, etwas kurz zu machen