Nonsens: vertaling Zweeds

Remove Ads

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

nonsens:
- Gequassel; Geschwätz; Geplapper; Kauderwelsch; Quatsch; Unsinn; Blödsinn; Larifari; Geschwafel; dummes Zeug; Unsinnigkeit; Firlefanz; Torheit; Koller; Käse; Klatsch; Gerede; Blech; Gefasel
Wiktionary:
- nonsens → larifari, Kauderwelsch, Kokolores, Gequassel, Nonsens, Blödsinn, Unsinn, Quatsch
- nonsens → höherer Blödsinn, Nonsens, Mumpitz, Koks, Kokolores, Kohl, Fez, Blödsinn

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

nonsens:
- Wiktionary:
  Nonsens → nonsens
  Nonsens → nonsens
- Synoniemen voor "Nonsens":
  Blödsinn; dummes Zeug; Firlefanz; Gewäsch; Humbug; Kappes; Kokolores; Käse; Mumpitz; Pipifax; Quark; Quatsch; Schmarren; Schmarrn; Schwachfug; Schwachsinn; Stuss; Tinnef; Unfug; Unsinn

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor nonsens (Zweeds) in het Duits

nonsens:

nonsens zelfstandig naamwoord

nonsens (struntprat)
Gequassel; Geschwätz; Geplapper; Kauderwelsch
- Gequassel [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geschwätz [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geplapper [das ~] zelfstandig naamwoord
- Kauderwelsch [das ~] zelfstandig naamwoord
nonsens (struntprat; smörja; skitsnack)
der Quatsch; der Unsinn; der Blödsinn; Larifari; Geschwafel; Geschwätz; dummes Zeug; die Unsinnigkeit; der Firlefanz; die Torheit; der Koller
- Quatsch [der ~] zelfstandig naamwoord
- Unsinn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Blödsinn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Larifari [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geschwafel [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geschwätz [das ~] zelfstandig naamwoord
- dummes Zeug [das ~] zelfstandig naamwoord
- Unsinnigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Firlefanz [der ~] zelfstandig naamwoord
- Torheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Koller [der ~] zelfstandig naamwoord
nonsens (svammel; strunt; struntprat)
der Quatsch; der Käse; der Blödsinn; der Klatsch; Larifari; Kauderwelsch; Geschwafel; dummes Zeug; der Unsinn; Gerede; der Firlefanz; Geplapper; Blech; Geschwätz; Gefasel
- Quatsch [der ~] zelfstandig naamwoord
- Käse [der ~] zelfstandig naamwoord
- Blödsinn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Klatsch [der ~] zelfstandig naamwoord
- Larifari [das ~] zelfstandig naamwoord
- Kauderwelsch [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geschwafel [das ~] zelfstandig naamwoord
- dummes Zeug [das ~] zelfstandig naamwoord
- Unsinn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gerede [das ~] zelfstandig naamwoord
- Firlefanz [der ~] zelfstandig naamwoord
- Geplapper [das ~] zelfstandig naamwoord
- Blech [das ~] zelfstandig naamwoord
- Geschwätz [das ~] zelfstandig naamwoord
- Gefasel [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor nonsens:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Blech	nonsens; strunt; struntprat; svammel	bleck; bly; kopparmynt; metall; plåt
Blödsinn	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel
Firlefanz	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	krusiduller; liten sak; obetydlighet; rappakalja; smula
Gefasel	nonsens; strunt; struntprat; svammel	babbel; gnällande; kackel; knotande; snattrande; strunt; struntprat; tjatter; tomt prat
Geplapper	nonsens; strunt; struntprat; svammel	babbel; babbla; baktal; förtal; gaggande; kackel; prat; pratande; pratsam; skvaller; småprat; snackig; snattrande; strunt; struntprat; tjatter; tomt prat
Gequassel	nonsens; struntprat	babbel; babbla; babblande; gaggande; kackel; prat; pratsam; rotvälska; snackig; snattrande; tjatter
Gerede	nonsens; strunt; struntprat; svammel	babbel; babbla; baktal; baktaleri; förtal; kackel; prat; pratande; pratsam; rykte; skvaller; smutskastning; småprat; snacka skit; snackig; snattrande; strunt; struntprat; tala illa bakom ryggen; tjatter; tomt prat
Geschwafel	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	babbel; babbla; kackel; pratsam; rappakalja; släpa omkring; snackig; snattrande; tjatter
Geschwätz	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	babbel; babbla; baktal; baktaleri; förtal; gaggande; kackel; lek; prat; pratande; pratsam; rappakalja; rykte; skvaller; släpa omkring; smutskastning; småprat; snacka skit; snackig; snattrande; stoj; strunt; struntprat; tala illa bakom ryggen; tjatter; tomt prat
Kauderwelsch	nonsens; strunt; struntprat; svammel	babblande; rotvälska
Klatsch	nonsens; strunt; struntprat; svammel	baktal; baktaleri; förtal; prat; skvaller; smutskastning; snacka skit; tala illa bakom ryggen
Koller	nonsens; skitsnack; smörja; struntprat	raseri
Käse	nonsens; strunt; struntprat; svammel	ost; ostsort
Larifari	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	rappakalja
Quatsch	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	rappakalja
Torheit	nonsens; skitsnack; smörja; struntprat	dumhet; dåraktighet; dårskap; galenskap; idioti; nöje; oförenbarhet; omotsvarighet; orimlighet; rappakalja; skoj; vansinne
Unsinn	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	babbel; dumhet; dåraktighet; galenskap; kackel; nöje; rappakalja; skoj; snattrande; tjatter; vansinne
Unsinnigkeit	nonsens; skitsnack; smörja; struntprat	efterblivenhet
dummes Zeug	nonsens; skitsnack; smörja; strunt; struntprat; svammel	rappakalja

Synoniemen voor "nonsens":

gallimatias; skitsnack; larv; goja; strunt; smörja; trams; struntprat

Wiktionary: nonsens

nonsens

umgangssprachlich: Ausruf der Unwilligkeit, des Ablehnens
- larifari → skitsnack; nonsens; snack; struntprat

noun

Nonsens, Ulk, Jux
- höherer Blödsinn → nonsens
(umgangssprachlich) etwas sinnlos; Quatsch
- Nonsens → nonsens
(umgangssprachlich) Unsinn, den man nicht zu beachten braucht
- Mumpitz → nonsens; strunt
ohne Plural; umgangssprachlich: etwas unsinnig
- Koks → dumheter; strunt; nonsens
umgangssprachlich: etwas Unsinniges, Törichtes
- Kokolores → nonsens; struntprat; strunt
umgangssprachlich: Geschwätz, Getue
- Kokolores → nonsens; struntprat; strunt
umgangssprachlich abwertend: verworrenes Zeug; etwas unsinnig, sinnlos, töricht
- Kohl → smörja; dumheter; nonsens
abwertend: Quatsch; Unsinn
- Fez → smörja; nonsens; strunt
Quatsch; unsinnige Idee; unglaubhafte Aussage
- Blödsinn → nonsens; idioti

Cross Translation:

From	To	Via
• nonsens	→ Kauderwelsch; Kokolores; Gequassel	↔ gibberish — unintelligible speech or writing
• nonsens	→ Nonsens; Blödsinn; Unsinn	↔ nonsense — meaningless words
• nonsens	→ Nonsens; Unsinn	↔ nonsense — untrue statement
• nonsens	→ Unsinn; Quatsch; Nonsens; Blödsinn	↔ nonsens — taaluiting die geen betekenis heeft of geen betekenis schijnt te hebben
• nonsens	→ Kauderwelsch	↔ amphigouri — Figure de rhétorique qui consiste à écrire un discours ou un texte de manière volontairement burlesque, obscure ou inintelligible.

Duits

Uitgebreide vertaling voor nonsens (Duits) in het Zweeds

Nonsens:

Synoniemen voor "Nonsens":

Blödsinn; dummes Zeug; Firlefanz; Gewäsch; Humbug; Kappes; Kokolores; Käse; Mumpitz; Pipifax; Quark; Quatsch; Schmarren; Schmarrn; Schwachfug; Schwachsinn; Stuss; Tinnef; Unfug; Unsinn

Wiktionary: Nonsens

Nonsens

noun

(umgangssprachlich) etwas sinnlos; Quatsch
- Nonsens → nonsens

Cross Translation:

From	To	Via
• Nonsens	→ nonsens	↔ nonsense — meaningless words
• Nonsens	→ nonsens	↔ nonsense — untrue statement
• Nonsens	→ nonsens	↔ nonsens — taaluiting die geen betekenis heeft of geen betekenis schijnt te hebben

Remove Ads

Zweedse en Duitse zoekresultaten voor: nonsens

Uitgebreide vertaling voor nonsens (Zweeds) in het Duits

nonsens:

nonsens zelfstandig naamwoord

nonsens (struntprat)

nonsens (struntprat; smörja; skitsnack)

nonsens (svammel; strunt; struntprat)

Vertaal Matrix voor nonsens:

Synoniemen voor "nonsens":

Wiktionary: nonsens

Uitgebreide vertaling voor nonsens (Duits) in het Zweeds

Nonsens:

Synoniemen voor "Nonsens":

Wiktionary: Nonsens