Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. stapel:
  2. Wiktionary:
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Stapel:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor stapel (Zweeds) in het Duits

stapel:

stapel [-en] zelfstandig naamwoord

  1. stapel (stack)
    die Milbe; die Falle; die Klemme; die Krampe; die Klampe
    • Milbe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Falle [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Klemme [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Krampe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Klampe [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. stapel (rörelse uppåt; stapel i skrift)
    der Aufstrich; der Haarstrich
  3. stapel (stack; hög; trave)
    der Heuschober
  4. stapel (spalt; kolumn)

Vertaal Matrix voor stapel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Aufstrich rörelse uppåt; stapel; stapel i skrift rörelse uppåt; uppåtstapel i skrift
Falle stack; stapel bakhåll; försåt
Haarstrich rörelse uppåt; stapel; stapel i skrift fin linje
Heuschober hög; stack; stapel; trave
Klampe stack; stapel båtklämm
Klemme stack; stapel kirurgisk tång; klämma; pincett
Krampe stack; stapel klämma; krampa
Milbe stack; stapel
Spalte avgrund; hål; hålighet; klyfta; klyvning; ljudnivå; niche; riva; skreva; spalt; spricka; springa; springe; urringning; vrå
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Spalte kolumn; spalt; stapel kolumn

Synoniemen voor "stapel":


Wiktionary: stapel

stapel
  1. etwas, das entsteht, wenn man gleichartige Dinge ordentlich aufeinanderlegt

Verwante vertalingen van stapel



Duits

Uitgebreide vertaling voor stapel (Duits) in het Zweeds

Stapel:

Stapel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Stapel (Haufen; Ansammlung; Menge; )
    hög; trave
    • hög zelfstandig naamwoord
    • trave [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Stapel (Menge; Haufen; Masse)
    mycket; stor del; en hel del
  3. der Stapel (Batch)
  4. der Stapel
    stack
    • stack [-en] zelfstandig naamwoord
  5. der Stapel
  6. der Stapel (Kartenstapel)
    lek
    • lek [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Stapel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
en hel del Haufen; Masse; Menge; Stapel
hög Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stapel; Stoß Grundsäule; Haufen; Heuschober; Pfahl; Rammpfahl; Terp; Warf; Wurte
lek Kartenstapel; Stapel Abweichung; Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Glücksspiel; Herumtollen; Klönen; Marge; Spiel; Spielchen
mycket Haufen; Masse; Menge; Stapel Berg; Haufen; Masse; Menge; große Masse
stack Stapel Falle; Heuschober; Klampe; Klemme; Krampe; Milbe
stor del Haufen; Masse; Menge; Stapel
trave Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stapel; Stoß Haufen; Heuschober
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
batch Batch; Stapel Charge
stack-ikon Stapel
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
mycket abgelegen; entlegen; weitentfernt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hög geräuschvoll; groß; hoch; hochgelegen; hochgestellt; hochgewachsen; laut; lautstark; lärmend; schlank; stattlich
mycket besonders; gehörig; sehr

Synoniemen voor "Stapel":


Wiktionary: Stapel

Stapel
  1. etwas, das entsteht, wenn man gleichartige Dinge ordentlich aufeinanderlegt

Cross Translation:
FromToVia
Stapel hög stapel — een gestructureerde hoop spullen
Stapel hög pile — heap
Stapel hop; mängd masseamas de plusieurs parties qui faire corps ensemble.
Stapel batteri pile — Superposition verticale d’objets