Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kandidat:
  2. Wiktionary:
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kandidat:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kandidat (Zweeds) in het Duits

kandidat:

kandidat [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kandidat (sökande)
    der Kanditat; der Interessent; der Mitbewerber
  2. kandidat (sökande)
    die Kandidatur; die Kanidatstellung
  3. kandidat (sökande)
    die Anwärterin
  4. kandidat

Vertaal Matrix voor kandidat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anwärterin kandidat; sökande
Interessent kandidat; sökande interesserade; intressent; investerare; potentiell kund
Kandidatur kandidat; sökande
Kanditat kandidat; sökande
Kanidatstellung kandidat; sökande
Mitbewerber kandidat; sökande konkurrent; medtävlare; rival
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kandidat kandidat

Synoniemen voor "kandidat":


Wiktionary: kandidat

kandidat
noun
  1. eine weibliche Person, die für etwas zur Auswahl steht.
  2. Person, die für etwas zur Auswahl steht
  3. Bewerberin auf eine Stelle beziehungsweise ein Amt
  4. Bewerber auf eine Stelle beziehungsweise ein Amt

Cross Translation:
FromToVia
kandidat Bachelor bachelor — person who has achieved bachelor's degree
kandidat Bachelor bachelor — bachelor's degree
kandidat Kandidatin; Kandidat candidate — person running in an election

Verwante vertalingen van kandidat



Duits

Uitgebreide vertaling voor kandidat (Duits) in het Zweeds

Kandidat:

Kandidat

  1. Kandidat
    kandidat

Vertaal Matrix voor Kandidat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kandidat Kandidat Anwärterin; Interessent; Kandidatur; Kanditat; Kanidatstellung; Mitbewerber

Synoniemen voor "Kandidat":

  • cand.

Wiktionary: Kandidat

Kandidat
noun
  1. Person, die für etwas zur Auswahl steht

Cross Translation:
FromToVia
Kandidat kandidat candidate — person running in an election