Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. tupp:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tupp (Zweeds) in het Duits

tupp:

tupp [-en] zelfstandig naamwoord

  1. tupp (hane)
    der Hahn; der Gockel
    • Hahn [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Gockel [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tupp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gockel hane; tupp macho; mansgris; ungtupp
Hahn hane; tupp avtryckare; kran; macho; mansgris; tappkran; ungtupp

Synoniemen voor "tupp":

  • kuk

Wiktionary: tupp

tupp
noun
  1. das männliche Huhn
  2. das männliche Tier verschiedener Vogelarten
  3. scherzhaft, (umgangssprachlich) Mann, der seine Männlichkeit zur Schau stellt
  4. südd., österr.|: männliches Haushuhn

Cross Translation:
FromToVia
tupp Männchen cock — any male bird
tupp Hahn cock — male chicken or other gallinaceous bird
tupp Hahn rooster — male domestic fowl
tupp Hahn coq — Gallinacé mâle