Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Duits ->Zoek: rask

Zweedse en Duitse zoekresultaten voor: rask

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

rask:
- leichtfüßig; schnellfüßig
- Durcheinander
Wiktionary:
- rask → schnell

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor rask (Zweeds) in het Duits

rask:

rask bijvoeglijk naamwoord

rask (snabbfotad)
leichtfüßig; schnellfüßig
- leichtfüßig bijvoeglijk naamwoord
- schnellfüßig bijvoeglijk naamwoord

rask zelfstandig naamwoord

rask (klabb)
Durcheinander
- Durcheinander [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rask:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Durcheinander	klabb; rask	bråte; förvirring; gytter; hela faderullan; ihop blandat; ihop blandning; kackalorum; kaos; kiv; klabbet; liv; myller; oordning; oreda; oväsen; rasket; röra; rörigt uppträdande; sorl; uppståndelse; virrvarr
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
leichtfüßig	rask; snabbfotad
schnellfüßig	rask; snabbfotad

Synoniemen voor "rask":

pigg; skyndsam; fort; hastigt; kvickt; hastig; kvick; snabb

Wiktionary: rask

rask

adjective

sich mit hoher Geschwindigkeit fortbewegend
- schnell → flink; fort; hastig; kvick; rask; snabb
etwas mit hoher Geschwindigkeit tuend
- schnell → flink; fort; hastig; kvick; rask; snabb
nur adverbiell: in kurzer Zeit
- schnell → flink; fort; hastig; kvick; rask; snabb