Rum: vertaling Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

rum:
- Zimmer; Kammer; Raum; Räumlichkeit; Saal; Lokalität; Halle; Platz; Sporthalle; großes Zimmer; Räume; Säle; Zuschauerräume; Gruppenraum
Wiktionary:
- rum → Zimmer, Raum
- rum → Döns, Raum, Platz, Zimmer, Freiraum

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Rum:
- rom
Wiktionary:
- Rum → rom

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor rum (Zweeds) in het Duits

rum:

rum [-ett] zelfstandig naamwoord

rum (kammare)
Zimmer; der Kammer; der Raum; die Räumlichkeit; der Saal; die Lokalität; die Halle; der Platz
- Zimmer [das ~] zelfstandig naamwoord
- Kammer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Raum [der ~] zelfstandig naamwoord
- Räumlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Saal [der ~] zelfstandig naamwoord
- Lokalität [die ~] zelfstandig naamwoord
- Halle [die ~] zelfstandig naamwoord
- Platz [der ~] zelfstandig naamwoord
rum (stort rum; hall)
der Saal; der Raum; die Halle; Zimmer; die Sporthalle; großes Zimmer; die Räumlichkeit; der Kammer
- Saal [der ~] zelfstandig naamwoord
- Raum [der ~] zelfstandig naamwoord
- Halle [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zimmer [das ~] zelfstandig naamwoord
- Sporthalle [die ~] zelfstandig naamwoord
- großes Zimmer [das ~] zelfstandig naamwoord
- Räumlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kammer [der ~] zelfstandig naamwoord
rum
Zimmer
- Zimmer [das ~] zelfstandig naamwoord
rum (rymder; tomrum)
die Räume
- Räume [die ~] zelfstandig naamwoord
rum (salar; hallar)
die Säle; die Zuschauerräume
- Säle [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zuschauerräume [die ~] zelfstandig naamwoord
rum (grupprum)
der Raum; Gruppenraum
- Raum [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gruppenraum

Vertaal Matrix voor rum:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Halle	hall; kammare; rum; stort rum	auktionskammare; aula; entré; förstuga; hall; ingång; mottagningsrum; sal; tekningsrum; vestibul
Kammer	hall; kammare; rum; stort rum	parlament; riksdag
Lokalität	kammare; rum	bar; café; krog; pub; taverna; värdshus
Platz	kammare; rum	fyrkantigt torg; liten by; ort; plats; ställe utomhus
Raum	grupprum; hall; kammare; rum; stort rum	lokal; utrymme
Räume	rum; rymder; tomrum
Räumlichkeit	hall; kammare; rum; stort rum
Saal	hall; kammare; rum; stort rum
Sporthalle	hall; rum; stort rum	idrottssal
Säle	hallar; rum; salar	complex av salar; hallar; salar
Zimmer	hall; kammare; rum; stort rum
Zuschauerräume	hallar; rum; salar	complex av salar
großes Zimmer	hall; rum; stort rum
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Gruppenraum	grupprum; rum

Synoniemen voor "rum":

lokal; kammare; sal

Wiktionary: rum

rum

noun

Raum in einem Haus oder einer Wohnung, der für den Aufenthalt von Personen bestimmt ist
- Zimmer → rum
zum Aufenthalt oder für unterschiedliche Nutzung bestimmter, von allen Seiten umschlossener Bereich
- Raum → rum
Physik: sich in drei Dimensionen erstreckende geometrische Größe
- Raum → rymd; rum

norddeutsch: Stube
- Döns → rum

Cross Translation:

From	To	Via
• rum	→ Raum; Platz	↔ room — space
• rum	→ Raum; Zimmer	↔ room — division in a building
• rum	→ Freiraum	↔ space — personal freedom

Verwante vertalingen van rum

Duits

Uitgebreide vertaling voor rum (Duits) in het Zweeds

Rum:

Rum [der ~] zelfstandig naamwoord

der Rum
rom
- rom zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Rum:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
rom	Rum

Wiktionary: Rum

Cross Translation:

From	To	Via
• Rum	→ rom	↔ rum — distilled spirit

Zweedse en Duitse zoekresultaten voor: rum

Uitgebreide vertaling voor rum (Zweeds) in het Duits

rum:

rum [-ett] zelfstandig naamwoord

rum (kammare)

rum (stort rum; hall)

rum

rum (rymder; tomrum)

rum (salar; hallar)

rum (grupprum)

Vertaal Matrix voor rum:

Synoniemen voor "rum":

Wiktionary: rum

Verwante vertalingen van rum

Uitgebreide vertaling voor rum (Duits) in het Zweeds

Rum:

Rum [der ~] zelfstandig naamwoord

der Rum

Vertaal Matrix voor Rum:

Wiktionary: Rum